Reparatiewet Wet zorg en dwang en Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

De Wet zorg en dwang (Wzd) en de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) zijn per 1 januari 2020 in werking getreden. Voor en na intrede van de wet zijn er uit het veld de nodige bezwaren gekomen over onduidelijkheden in de uitvoering, hoge regeldruk en administratieve last. Een spoedreparatiewetsvoorstel en een (omvangrijker) reparatiewetsvoorstel moeten uitkomst bieden.
Op 11 mei jongstleden is een spoedreparatiewetsvoorstel ingediend bij de Tweede Kamer, om de wetten op enkele aspecten te ‘repareren’. Op dit moment mag een arts die een verklaring opstelt bij het verzoek tot een machtiging voor onvrijwillig verblijf niet verbonden zijn aan de zorginstelling in kwestie. Deze eis wordt vervangen door de voorwaarde dat de arts minstens een jaar niet betrokken is geweest bij de behandeling. Met betrekking tot de Wvggz wordt voorgesteld om de rechter de mogelijkheid te geven bij het verlengen van een crisismaatregel ook tot een andere vorm van verplichte zorg te besluiten dan waar de Officier van Justitie om heeft verzocht.
Reparatiewet
Naast de spoedreparatiewetsvoorstellen is daar het (concept) reparatiewetsvoorstel, dat omvangrijker van aard is. Onderstaand enkele belangrijke wijzigingen.
Toezicht
Om in beide regimes beter toezicht mogelijk te maken en dubbele registraties en extra administratieve last te voorkomen wordt het BSN-nummer toegevoegd aan de persoonsgegevens die halfjaarlijks aan de IGJ moeten worden aangeleverd. Het gebruik van het BSN is privacygevoelig, maar wordt in de memorie van toelichting proportioneel geacht. De IGJ mag als overheidsorgaan op grond van artikelen 10 en 11 van de Wet algemene bepalingen burgerservicenummer het BSN verwerken. Gelet op artikel 87 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) moet dit wel in de wet worden verankerd, hetgeen dit wetsvoorstel realiseert. Daarnaast moet beter toezicht op zorgaanbieders met meerdere locaties tot stand komen door de verschillende gebouwen, indien deze aparte vestigingsnummers hebben, te laten registreren in het openbaar register. Deze plicht geldt overigens niet voor onderaannemers.
Voor de Wvggz geldt dat waar nu een termijn van vier weken bestaat voor zorgaanbieders om vóór het verlopen van de zorgmachtiging een verzoekschrift in te dienen voor een volgende zorgmachtiging, deze vervalt in het reparatievoorstel. Daarnaast verdwijnt de verplichting tot een medische verklaring wanneer de noodzaak tot verplichte zorg vervalt voordat de crisismaatregel is afgelopen.
Zorginhoudelijke wijzigingen
In het kader van de Wzd wordt voorgesteld de keuze voor behandeling bij een wilsonbekwame cliënt door een onafhankelijke, BIG-geregistreerde deskundige te laten nemen, wanneer er geen overeenstemming is tussen de vertegenwoordiger van de cliënt en de behandelend arts. Zo wordt gehoor gegeven aan het verzoek van veldpartijen om de relatie tussen (de naaste van de) cliënt en behandelend arts niet onder druk te zetten. Een schriftelijke beslissing van de zorgverantwoordelijk voorafgaand aan acute onvrijwillige zorg is geen vereiste meer, in een poging eventuele handelingsverlegenheid te voorkomen. Ook poogt de reparatiewet problemen rond samenloop tussen de Wvggz en de Wzd op te lossen, door het mogelijk te maken de cliënt van het ene naar het andere regime te verschuiven wanneer dit naar professioneel oordeel beter passend is.
Van Regels naar Mensen
Dit team van creatieve aanpakkers en bevlogen professionals pakt vraagstukken bij de kern beet.
Maak kennis met BOUF